Bartolomeo Nogara
- Beroemde personen -

Bartolomeo Nogara

Bartolomeo Nogara werd geboren in San Rocco di Bellano op 28 april 1868 van de landheer Giovanni Nogara e Giulia Vitali Lorla, behorende tot de belangrijkste familie van Bellano.

In 1891 studeerde hij cum laude af in de “Griekse en Romeinse oudheid” aan de Regia Accademia Scientifico – Letteraria in Milaan en behaalde tevens een tweede doctoraat in rechten in 1895 aan de Universiteit van Genua. Tegelijkertijd studeerde hij het Etruskisch, toen nog onbekend, met een specialisatie in taalwetenschap onder begeleiding van de illustere docenten Ascoli en Lattes.

Na zijn studies, begon hij een briljante carrière: in 1902 werd hij naar Rome geroepen, naar het Vaticaan, voor de tweeledige opdracht van Latijnse schrijver in de Vaticaanse Bibliotheek en van speciaal directeur van het Gregoriaans-Etruskische Museum en in 1903 werd hij benoemd tot conservator van het Museo Profano van de Vaticaanse Bibliotheek.

Vanaf 1920, met pauselijke benoeming door Paus Benedictus XV, werd hij algemeen directeur van de Pauselijke Musea en Galerieën van het Vaticaan en Lateranen, waardoor hij dus in de korte tijd van twintig jaar, de verantwoordelijkheid kreeg over een van de meest grote en belangrijke musea in de wereld.

Nogara liet een grote indruk achter doordat hij de Vaticaanse Musea via een nieuwe en modernere institutionele inrichting een nieuw impuls gaf, door de wetenschappelijk – technische bekwaamheden van het personeel te versterken en uit te breiden, door werkplaatsen voor de restauratie van schilderijen en beeldhouwwerken te openen en deze aan te passen op basis van de moderne technologieën, door verschillende redactionele en educatieve initiatieven te coördineren waaronder met de Università per Stranieri in Perugia, door opgravingen en catalogisering in coördinatie met de belangrijkste musea in de wereld te bevorderen.

Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak hielp hij om de kunstwerken en meesterwerken afkomstig van musea in heel Italië te verbergen in het Vaticaan.

Daarnaast besteedde hij tijd aan verschillende publicaties variërend van de Etruskische en de Grieks-Romeinse archeologie, tot de Renaissance.

Toen de Tweede Wereldoorlog uitbrak, van 1942 tot 1945, hielp hij om de kunstwerken en meesterwerken afkomstig van musea in heel Italië te verbergen in het Vaticaan. Zo hield hij zich onder meer bezig met het goud afkomstig uit Pompeii, de schat van San Marco in Venetië, het Altaar van Sant’Ambrogio in Milaan, het Archief, de Bibliotheek en de kunstschatten van Montecassino en de Schatten van het Palazzo del Quirinale, om er maar een paar te noemen. En het is dan ook dankzij Bartolomeo dat deze en vele andere kunstwerken de bombardementen en de plunderingen van de Duitse bezettingstroepen hebben overleefd. Dankzij al deze inspanningen verleende de Luitenant van het Koninkrijk Umberto van Savoye, nadat de stad Rome bevrijd was, de titel van Baron aan Bartolomeo Nogara.

Ook al was hij ver van huis, wijdde Nogara verscheidene studies en artikelen aan de omgeving van het Comomeer en aan de archeologische vondsten die daar gedaan werden; zo wijdde hij zich ook aan onderzoek voor de restauratie van de Provost kerk van Bellano, in 1930.

Bartolomeo Nogara overleed in Rome op 19 juni 1954.

Schrijf je in voor de nieuwsbrief